aandeel

From Wiktionary, the free dictionary
Jump to navigation Jump to search

Dutch

[edit]
Dutch Wikipedia has an article on:
Wikipedia nl

Etymology

[edit]

From Middle Dutch andeel. Related to aandelen. Equivalent to aan (on) +‎ deel (part). Compare Danish andel, German Anteil.

This etymology is incomplete. You can help Wiktionary by elaborating on the origins of this term.

Pronunciation

[edit]
  • IPA(key): /ˈaːn.deːl/
  • Audio:(file)
  • Hyphenation: aan‧deel

Noun

[edit]

aandeel n (plural aandelen, diminutive aandeeltje n)

  1. contribution, part
    Iedereen leverde zijn aandeel bij aan het succes van het project.
    Everyone contributed their share to the success of the project.
    Elk teamlid had een belangrijk aandeeltje in het behalen van de overwinning.
    Each team member had an important part in achieving the victory.
  2. (finance) a share, stock
    Hij kocht een paar aandelen van een technologiebedrijf.
    He bought a few shares of a technology company.
    De belegger heeft zijn aandelen verkocht toen de prijs steeg.
    The investor sold his stocks when the price went up.
    Het bedrijf heeft aangekondigd dat het nieuwe aandelen gaat uitgeven.
    The company has announced that it will issue new shares.

Derived terms

[edit]

Descendants

[edit]
  • Afrikaans: aandeel
  • Indonesian: andil
  • Javanese: ꦲꦤ꧀ꦝꦶꦭ꧀ (andhil)
  • Sranan Tongo: àndeil

Malay

[edit]

Etymology

[edit]

Unadapted borrowing from Dutch aandeel.

Noun

[edit]

aandeel (plural aandeel-aandeel, informal 1st possessive aandeelku, 2nd possessive aandeelmu, 3rd possessive aandeelnya)

  1. (Dutch East Indies) part
    Synonym: bahagian

Further reading

[edit]
  • Kwik Khing Djoen (1923) Kitab Vortaro: Segala Perkatahan-Perkatahan Asing Jang Soeda Oemoem Di Goena Ken Di Dalem Soerat-Soerat Kabar Melayoe [Dictionary Book: all foreign words which are commonly used in Malay newspapers], Batavia: Sin Po, page 1